Sociale huurwoning
U huurt een sociale huurwoning als uw kale huurprijs bij het tekenen van het contract niet hoger was dan de huurliberalisatiegrens uit dat jaar. De kale huur is de huurprijs zonder andere kosten zoals servicekosten.
Huurt u bijvoorbeeld een woning sinds 2018 en was de kale huurprijs toen € 698,50? Dan kijkt u naar de huurliberalisatiegrens van 2018: € 710,68. Uw huur is niet hoger dan deze grens, dus heeft u een sociale huurwoning.
Is uw woning eenmaal een sociale huurwoning, dan blijft dit zo. Ook als de huurprijs door huurverhoging boven de huurliberalisatiegrens uitkomt.
Huurliberalisatiegrens
De overheid bepaalt elk jaar hoe hoog de huurliberalisatiegrens is:
Jaar |
Kale huurprijs |
2023 |
€ 808,06 |
2022 |
€ 763,47 |
2021 |
€ 752,33 |
2020 |
€ 737,14 |
2019 |
€ 720,42 |
2018 |
€ 710,68 |
2017 |
€ 710,68 |
2016 |
€ 710,68 |
Tekende u het huurcontract eerder? Op de website van de Woonbond vindt u alle huurliberalisatiegrenzen.
Onzelfstandige woonruimte
Huurt u een onzelfstandige woonruimte, zoals een kamer? Dan is dat altijd een sociale huurwoning. Het maakt niet uit hoe hoog de huurprijs is.
Rechten sociale huurwoning
Huurt u een sociale huurwoning of een kamer? Dan heeft u recht op:
Vrijesectorwoning
U huurt een vrijesectorwoning als de kale huur op de begindatum van uw contract hoger was dan de huurliberalisatiegrens in dat jaar. Dit heet ook wel een 'geliberaliseerde' huurwoning.
Met een vrijesectorwoning heeft u minder rechten:
- geen maximale huurprijs
- geen maximale jaarlijkse huurverhoging
- geen huurtoeslag
Bij problemen met uw verhuurder moet u naar de rechter. Soms kan de Huurcommissie wel voor u nakijken of de huurprijs redelijk is.